PDF-versie om te printen (3 blz.).

Inzending voor een essaywedstrijd ter inspiratie van Minister Koenders van Ontwikkelingssamenwerking:

Wat is armoede en hoe kunnen we ontwikkeling structureel bevorderen?

door Stef van Beek

De problemen

Voordat we een nieuwe denkwijze over ontwikkelingssamenwerking kunnen ontwikkelen, is het essentieel om te begrijpen wat het probleem precies is. Vandaar dat ik begin met een aantal primaire vragen die zich opdringen.

Waarom is er armoede in de wereld? Vanwege de ongelijke verdeling van macht en middelen.

Wie heeft het begrip armoede in de wereld gebracht? De Eerste wereld heeft het woord bedacht om de problematiek die verband hield met geringe materiële welvaart, weer te geven.

Wie heeft de armoede die er is veroorzaakt? De koloniale wereldmachten van weleer, hebben de overwonnen volkeren gestoord in hun eigen ontwikkeling en zodoende oorspronkelijke culturen ontwricht. Koloniale machten hebben ter vervanging van de eigen cultuur een systeem van machtsmisbruik en uitbuiting opgelegd. Deze trend wordt nog altijd voortgezet door de politieke en economische elite in de hele wereld.

Hoe wordt de armoede in stand gehouden? Via onze leningen aan de Derde Wereld, steunen wij de corrupte, presidentiële ontvangers van dat geld. De rentebetaling van de Derde Wereld aan de Eerste Wereld gaat in die landen vrijwel altijd ten koste van het budget voor onderwijs en zorg. Onderwijs en zorg zijn de belangrijkste ontwikkelingsgebieden waarin een regering kan investeren: een investering in het volk.

Die investering werkt de Eerste Wereld tegen door leningen te verschaffen aan arme landen. Met behulp van die leningen onderhouden wij de corruptie en onze relatie met corrupte leiders. Aangezien de rijken in die landen geen belasting betalen, bezorgen wij die landen zo een onbetaalbare staatsschuld. En door de bijbehorende renteverplichtingen blijft er dan geen geld over om te investeren in onderwijs en zorg. Helaas staan onderwijs en zorg nog steeds onderaan de prioriteitenlijst van arme landen en zo blijft de armoede gewaarborgd.

En zelfs als die landen door hard werken een waardevolle productie op gang brengen, dan onderhandelt onze machtige Albert Heijn de inkoopprijs tot net boven de productiekosten en dan belast onze overheid de rietsuiker die zij op onze markt willen brengen flink, om onze dure suikerbietboeren te beschermen. Andersom mogen de landen met schulden, van het IMF geen belasting heffen op de import van producten uit de Eerste Wereld. En zo krijgen ze in de Derde Wereld dus nooit de mogelijkheid om de nog steeds groeiende schulden af te betalen en om zichzelf ontwikkelingshulp te gaan geven.

En toch, voordat we aan de oplossing beginnen, denk ik dat er één vraag nog belangrijker is: Wat is armoede nu eigenlijk en welke ontwikkeling beogen we? Als ik vanuit de Derde Wereld weer terugkom in Nederland, dan valt mij de chronische ontevredenheid en het individualisme van de mensen zo op. Het voelt als een koude douche op een winterse dag. Terwijl ik in de Derde wereld veel meer warmte onder de mensen voel. Het eigenbelang hier is groot en het vertrouwen is klein. Dat is inmiddels ook in veel arme landen het geval, maar daar is de hebzucht nog niet tot volledige wasdom gekomen door een gebrek aan middelen.

Onze rationalistische cultuur erkent de wetenschap en de markt, maar onze cultuur erkent niet de natuur en het gevoel/het hart. Wie zijn hart niet voedt, mist iets. Die leegte proberen wij te vergeten met onze haastige leefstijl, en op te vullen door veel meer te consumeren dan we nodig hebben. Want als we even stil gaan staan voelen wij die leegte als ontevredenheid en eenzaamheid. Dit zijn twee tekenen van onze vorm van armoede: een geestelijke armoede.

De natuur hebben wij vanuit die geestelijke armoede totaal onderworpen aan onze belangen. We zien de natuur als of nuttig, of waardeloos, maar niet als een magische wereld waar wij onderdeel van uitmaken en waarvoor we moeten zorgen. Laten we geen wereldwijde milieuramp veroorzaken door de Derde Wereld te “helpen” om hetzelfde pad te bewandelen als wij, van grenzeloze massaconsumptie, ter opvulling van onze innerlijke leegte.

In de Derde Wereld ben ik juist vaak verrast door de geestelijke, spirituele en natuurlijke rijkdom. Maar het klopt, daarnaast is er ook een serieuze materiële armoede, waarbij de ongelijkheid de hoofdrol speelt en er sprake is van een beperkte toegang tot de primaire levensbehoeften voor veel mensen. Het is heel goed als wij daarbij kunnen helpen, maar we moeten niet vergeten dat we zelf ook aan onze ontwikkeling moeten werken.

Als wij als land iets willen betekenen voor de Derde Wereld, moeten wij bereid zijn te leren van hen. Wij moeten ons superioriteitsgevoel loslaten en leren van hun bescheidenheid. Wij moeten onze ogen openen voor onze eigen armoede en voor hun culturele rijkdom. Wij moeten erkennen welke rol wij nu nog spelen in de instandhouding of vergroting van hun armoede en proberen die rol ongedaan te maken.

Praktische oplossingen

De eerste oplossing die ik wil voorstellen is dat wij alles gaan doen om de Derde Wereld hun onafhankelijkheid terug te geven. Dat betekent in de eerste plaats het kwijtschelden van de schulden, of op zijn minst het stopzetten van de rente onder de voorwaarde dat de schuld in hetzelfde tempo wordt afgelost. Leningen zijn het tegenovergestelde van ontwikkelingshulp. Het zijn postkoloniale gedrochten die arme landen afhankelijk moeten houden en bedoeld om politieke invloed te houden in landen die belangrijk zijn voor de goedkope levering van grondstoffen en voedsel.

Verder moeten we via echt eerlijke wereldhandel onze invloed en macht ongedaan maken, zonder invoerrechten voor grondstoffen en voedsel en zonder blijvende subsidies voor bedrijven die de opstartfase voorbij zijn. Het is net als een moeder die haar dochter moet loslaten als zij het ouderlijk huis gaat verlaten, om zich onafhankelijk te gaan vestigen en om haar persoonlijke ontwikkeling de vrije loop te laten.

De onafhankelijkheid van de Derde Wereld is de essentiële eerste stap richting ontwikkeling en naar een volwaardig en wederzijds contact, waarin we elkaar inspireren, zodat wij er geestelijk en zij fysiek rijker van kunnen worden. Terwijl wij ontdekken dat we niet zo veel geld nodig hebben om gelukkig te worden, ontdekken zij hoe het is om op eigen benen te staan, onafhankelijk van de Eerste Wereld, vrij van schulden en met nog meer eigen verantwoordelijkheid. Ontwikkelingshulp wordt ontwikkelingssamenwerking tussen landen met verschillende kwaliteiten.

De tweede fase is de gelijkwaardige interactie. Wij kunnen bijvoorbeeld van de Derde Wereld leren hoe je tevreden kunt worden met weinig middelen. En andersom betekent het dat we alleen reageren als er een hulpvraag is vanuit arme landen. Dan gaat er een delegatie van kenners naartoe, die de taal spreken en die voeling met de cultuur hebben. Zij gaan op werkbezoek om uit te vinden wat de hulpvraag precies is, hoe breed het lokale draagvlak is voor die hulpvraag en hoe die hulpvraag met een zo breed mogelijke lokale coalitie van lokale bevolking, civiele organisaties en zo veel mogelijk lagen van de overheid, verwezenlijkt kan worden. De wil om het project uit te voeren moet bij de lokale bevolking liggen, de overheden moeten er welwillend tegenover staan en een deel van de kosten willen dragen. En voor de middelen en knowhow die niet ter plaatse gemobiliseerd kunnen worden, kan de Nederlandse delegatie een passende hulpverlenende partij zoeken in het netwerk van hulporganisaties en bij de Nederlandse overheid.

Deze gemeenschappelijke opbouwprojecten zie ik als een ideaal voorbeeld van geïntegreerde ontwikkelingssamenwerking. Zo heb ik ooit een Ecuadoraanse man gesproken die met de mannen uit zijn gemeenschap, samen alle waterleidingen van hun dorp aanlegde. Daarbij werden alle materialen door de overheid gefinancierd en aangeleverd. Zulke projecten snijden hout. Daaraan zouden wij ook kunnen meewerken indien onze hulp nodig is. Wij hoeven alleen maar te laten weten dat we willen samenwerken indien er behoefte is.

Voor ontwikkelingssamenwerking op individueel niveau, vind ik het verlenen van  microkredieten en spaarmogelijkheden aan kleine, of opstartende ondernemers nog het beste idee. Over microkredieten is al veel geschreven, zoals Klein geld van Jurriaan Kamp, en er zijn al enorme successen mee behaald. Het schijnt zelfs dat de ondernemers die er gebruik van maken beter zijn in het nakomen van hun verplichtingen dan zij die gebruik maken van normale kredieten (waarvoor een onderpand nodig is) bij een bank.

Het enige probleem wat ik voor mij zie als ik denk aan succesvolle microkredieten, is dat het individuele succes van een buurman met behulp van een microkrediet, wel eens kan leiden tot scheve verhoudingen in zijn sociale omgeving. Daarom denk ik dat we niet alleen samen moeten werken, aan de materiële ontwikkeling, maar ook aan de geestelijke ontwikkeling die een toename van de individuele welvaart met voldoende wijsheid kan dragen en delen. Als iemand met financiële armoede en sociale rijkdom, verandert in een welvarend maar egoïstisch en ontevreden persoon, dan zijn we in feite niks opgeschoten. Nederland is een perfect voorbeeld van deze doorgeslagen weegschaal.

Geestelijke ontwikkeling is de laatste en voor mij als authenticiteitscoach de belangrijkste peiler van mijn ontwikkelingsvisie. Ik bedoel ermee de ontwikkeling van ons geestelijke bewustzijn op alle niveaus: Wat kan ik? Wat wil ik? Wie ben ik? Waar liggen mijn wortels en hoe verbind ik me ermee? Wat zegt mijn hart (gevoel)? Wat zegt mijn buik (emoties)? Wat zegt mijn hoofd (ratio)? Welk deel van mij is mijn eigen essentie en welk deel is gevormd door mijn omgeving? Waar zitten mijn angsten? Waar zit mijn vertrouwen? Waar word ik gelukkig van? Van wie hou ik? Hou ik van mezelf? Van wie kan ik leren en wie kan ik helpen? Hoe kan ik mijn goede intenties het beste vormgeven? Wat is mijn levensdoel?

Vragen als deze zouden volgens mij bij ontwikkelingssamenwerking zeker betrokken moeten worden, omdat je erdoor bezig blijft met waar het allemaal toe dient. Zowel voor mensen die in de ontwikkelingswereld werken, als voor hen die hulp ontvangen, zou werken aan hun geestelijke ontwikkeling een antwoord geven op de vraag: Welke ontwikkeling zoek ik?

 

© Stef van Beek. Utrecht, 17 april 2009

www.globalsoul.nl